Naar de navigatie

Vrijwilliger Wim in Australië neemt afscheid

Bureau Buitenland heeft trouwe vrijwilligers. Bijna 80 vrijwilligers Zijn al meer dan 20 jaar actief. Kortgeleden stopte een zo’n vrijwilliger er mee. Na 23 jaar om precies te zijn. Wim bezocht voor ons gevangenen in Sydney Australië.

Iets voor Nederland doen

Ik kwam op het consulaat om mijn paspoort te vernieuwen. Ik was nog geen 60 en net met pensioen. Dat wisten ze op het consulaat. Ze vroegen me of ik gevangenen wilde bezoeken. Ik zei ja. Ik had de tijd nu en ik wilde graag iets voor Nederland doen.

In die tijd zaten er veel Nederlanders gevangenen in Sydney en omgeving, wel een stuk of dertig.
Dat kwam zo. Australië wilde geen gevangenen meer overbrengen naar Nederland. De straf werd in Nederland flink ingekort. Daar wilde Australië niet meer aan meewerken. Het gevolg was dat iedereen zijn straf in Australië moest uitzitten. Er kwamen nieuwe gevangenen bij, maar lange tijd ging er bijna niemand meer uit. Later veranderde dat, de straf werd niet meer ingekort. Gevangenen moesten gewoon de complete Australisch straf in Nederland uitzitten.

Afstand bewaren om een goede adviseur te zijn

Ik ging eerst met twee oudere vrijwilligers mee. Zij gingen ermee stoppen. Dat waren lieve en goede mensen, maar ik kon me niet vinden in hun manier van werken. Ze hadden bijvoorbeeld een keer een gevangene in huis genomen. Ik merkte dat ik afstand wilde bewaren. Een van de eerste vrouwen die ik bezocht wilde me omhelzen. Ik zei dat ik dat niet wilde.
Intuïtief hield ik wat afstand. Dat werkte goed voor mij. Ik merkte dat het nodig was om een goed evenwicht te vinden. Aan de ene kant moet er vertrouwen zijn en aan de andere kant een beetje afstand. Op die manier kon ik een goede adviseur zijn voor gevangenen.

Natuurlijk ligt het ook aan de gevangene. Bij deze vrouw voelde ik me meteen betrokken, ik had medelijden met haar. Ze had geestelijk problemen en was door allerlei omstandigheden op het verkeerde pad geraakt. Contact met haar familie was ze verloren en ze had een jarenlange straf voor de boeg. Ik kon haar goed helpen door haar te bezoeken. Dat wilde ze ook graag. Ik heb haar bijvoorbeeld gesteund bij het contact met haar familie.
Maar in diezelfde tijd kreeg ik ook te maken met een heel andere gevangene. Een man die in de georganiseerde misdaad zat. Hij was juist heel afstandelijk en achterdochting. Hij zei: ‘Waarom stel je al deze vragen?’ Hij wilde volgens mij door op hetzelfde pad. Dat zijn twee uitersten waar je mee te maken kan krijgen in dit werk.

Ik heb met allerlei gevangenen te maken gehad. Jong en oud. Sommigen wilde het goede pad op, anderen niet. Sommigen voelden zich schuldig, andere waren juist hard en ontkenden. Iedereen is anders. Maar ik hielp ze allemaal.

Samenwerking

Vroeger was de samenwerking met Bureau Buitenland wel anders. Ik voelde me meer vrijwilliger voor het consulaat. Bureau Buitenland was een beetje op de achtergrond. Het consulaat was natuurlijk ook letterlijk dichtbij. Maar later kwam Bureau Buitenland meer op de voorgrond en was er een nauwe samenwerking. Bureau Buitenland is een belangrijke schakel naar de familie en andere organisaties in Nederland. En de ondersteuning van vrijwilligers is heel professioneel geworden.
Het consulaat gaat meer over de praktische kant. Welke gevangenen zitten er waar vast, welk straf heeft iemand gekregen van de rechter, zijn er overplaatsingen. Zeg maar de technische kant van het verhaal. Bureau Buitenland is meer van de ‘zachte kant,’ het persoonlijke. Hoe houdt de gevangene zich staande, hoe staat het met het emotioneel welzijn, het zelfstandig zijn en het thuisfront.

Waardevol

Ik heb het vrijwilligerswerk altijd heel waardevol gevonden. Gevangene waren blij als ik naar de gevangenis kwam, wat ik elke zes weken deed. Zelf had ik het gevoel nog actief deel uit te maken van de samenleving. Ik raad het iedereen aan. Het is niet het makkelijkste werk, maar met wat mensenkennis en levenservaring kom je een heel eind.

Op de foto staat Wim voor de Parramatta Gevangenis, een van de oudste gevangenissen in Australië en in gebruik tot 2011.